Kerstochtend en ik staar naar het plafond. Bijna wakker. Ergens op de verdieping hoor ik de firma klein-en-kwetsbaar kletsen en rommelen. Ik ga niet kijken. Ik heb opdracht. Ik moet in mijn bed blijven van ze. Er gebeurt kennelijk iets geheims.
We wonen hier nog maar net. Mijn bed is spiksplinternieuw. De lijm van het behang is amper opgedroogd. Zeven maanden hebben we op de bovenverdieping van mijn ouders gewoond. Nu dit heerlijke huurhuis. Van ons.
Hun vader en ik zijn uit elkaar. Dan duurt het even voordat je heden en toekomst weer vorm kunt geven. Maar we zijn er. De dozen zijn uitgepakt. De lampen hangen.
Verleden week gedrieën een kerstboom gehaald. Grote kinderogen keken ongerust van boom naar auto. “Gaat dat wel passen mamma?”. Zoon zit op de achterbank tussen de naaldtakken. Dochter zowat onder het dashboard om de kluit heen gevouwen. Maar hij kwam er.
Volgens de ‘traditie-van-altijd’ verzamelen zich steeds meer pakjes onder de boom. Kleine gekkigheidjes. Sokken en ondergoed van dat rode autootje waar ik twintig keer naar heb moeten kijken. Een cd van een drietal Belgische rokjes. Nagellakjes in kinderkleuren. Zijn eerste eigen hamer. Dat werk.
Straks gaan ze uitpakken. Ik verheug me op hun blijheid terwijl ik nog even verplicht naar mijn net gewitte plafond staar. De deur gaat open. De firma klein-en-kwetsbaar is klaar.
Beneden klopt er iets niet. De pakjes onder de boom liggen anders. En er zijn pakjes die ik niet ken. Verwonderd kijk ik ze aan.
Dan een dapper verhaal. Dat ze die pakjes altijd zo gezellig vinden. Dat ze hadden gezien dat er geen pakjes voor “Mamma” waren omdat mamma nu alleen is. Dat ze dat niet leuk vonden. En toen samen een oplossing bedachten.
Ik krijg zijn nieuwste dukkie die hij net van oma had meegekregen. Keurig ingepakt. “ Nog niet gelezen mamma, kijk maar, het plastic zit er nog om.” Ik krijg het armbandje dat zij zelf zo mooi vond. “ Die staat jou ook heel mooi mamma.”
Ik krijg een leeg sigarendoosje van opa, kleurig beplakt, met een zelfgemaakt boekje er in. De blaadjes aan elkaar geplakt met schilders tape. De plakband die voorhanden was.
Op ieder blaadje een boodschap.
“ Ik vin je liev”
“ Je dot het goed “
“ Je ben luek “
“ Ik vint het fijn met je “
Ze hebben nooit geweten. Dat de kadootjes voor mamma. De jaren daarvoor. Ook gewoon door mij waren gekocht. De schijn van liefde op houden. Voor hen.
Met ons drieën op de grond. Onder die kerstboom. Zijn we onszelf. Is het écht. Echte liefde.
Soms is het leven gewoon mooi. Al zit het met schilders tape aan elkaar geplakt.
Misschien. Juist. Dan.
Hallo Leven
Ik ben je zo dankbaar
Voor al het moois
Voor al het lievs
Dat je me hebt gegeven
Comments